Quantcast
Channel: Reportage – Misdaadjournalist
Viewing all articles
Browse latest Browse all 166

Moord in het chalet: het verhaal van Janet

$
0
0

 

Op donderdagavond 13 maart 2014 overlijdt Ton Kuijf (58) uit Amersfoort in een chalet in Ermelo. Een dag later wordt zijn lichaam gevonden als het chalet in brand staat. De bewoonster, Janet S. uit Kampen, wordt aangehouden als verdachte. In 2003 was de toen achttienjarige blonde ‘boomlange’ lesbische karatekampioene betrokken bij een moord in Den Haag. Nu zijn er vooral veel vragen. Hoe is ze met het slachtoffer in contact gekomen en waar ging het fout? Wie denkt dat er op de eerste dag van het proces tegen haar – bij de rechtbank in Zutphen – meer duidelijkheid zou komen, kwam tamelijk bedrogen uit. Zij had de moord niet gepleegd, dat had vriend Youri gedaan. Zij had het slachtoffer niet afgeperst: dat had vriendin Joyce gedaan.

Rechter: M. van der Mei

Officieren van justitie: J. Grijns en A.E. Postma.

Advocaat: Peer Szymkowiak

Zittingsdag: maandag 13 november, rechtbank Zutphen

Lang, slank en wat bleekjes, met opgestoken haar, zo komt Janet S. de rechtszaal binnen. De rechter neemt haar persoonsgegevens met haar door: Jannigje Lammigje S., geboren op 28 september 1985 in Hoogeveen. Ze zit op eigen verzoek tot na het proces in Vught. Broer Danny komt ook voor in het dossier, de rechter wijst haar erop dat ze hem niet hoeft belasten. De zaal is grotendeels gevuld met een grote groep nabestaanden en vrienden van Ton Kuijf uit Amersfoort, het slachtoffer. Bij leven eigenaar van een distributiefirma, getrouwd, vader van drie zoons. De publieke tribune is vol en via een videoverbinding is er contact met een andere zaal. Er is een verzoek binnengekomen om geluidsopnames te maken, voor een televisieprogramma. De advocaat laat weten dat er bezwaar is tegen het weergeven als herkenbaar geluid. “Vervormd is geen bezwaar.” Reden van het bezwaar: “Er is al zo verschrikkelijk veel negatieve media-aandacht geweest.” Het Openbaar Ministerie vindt openbaarheid een groot goed: als mevrouw S. het zelf wil, zal men zich niet verzetten.

janet-s-kampen-1-web

Rechter, tegen Janet: Wilt u er zelf nog iets over zeggen?

Janet: Ik heb het liever niet, maar als het wel wordt toegelaten… Er is al zoveel in de media geweest, dit inhoudelijke hoeft er niet bij.

Rechter: Zou u zich minder vrij voelen om verklaringen af te leggen?

Janet: Absoluut. Toen ik hoorde dat het zou worden opgenomen, kreeg ik angst dat ik vast zou slaan. Het zal mij zeker beperken in het verklaren.

Na kort beraad deelt de rechter mee dat er géén geluidsopnames mogen worden gemaakt. “U heeft daar bezwaar tegen en het is ook in het belang voor de privacy van andere personen. Er komt een aanzienlijke rij namen voor in het dossier, in enige context, u kunt niet alles wegpiepen en vervormen. In dit geval weegt waarheidsvinding boven het belang van het maken van opnames.”

Er zijn van de kant van Janet maar twee personen in de zaal aanwezig. Een van hen draagt een pet. De rechter verzoekt haar die af te zetten – en te houden. Een van hen hoest nogal. De rechter: “Als het niet lukt moet u maar even op de gang een glaasje water drinken.”

Het publiek wordt gewaarschuwd. “Het is belangrijk dat behandeling rustig verloopt, er worden indringende details besproken. Toch is het nodig dat dit in rust plaatsvindt. Als het een van u teveel wordt, kunt u de zittingszaal verlaten en later terugkomen.”

Het Openbaar Ministerie: Mevrouw wordt van vier feiten verdacht. In de periode van 13 tot 14 maart 2014: dat ze Ton Kuijf van leven heeft beroofd door hem met een mes te steken, te snijden en te slaan. Twee: dat ze brand heeft gesticht in het chalet. Drie: dat ze heeft geprobeerd het stoffelijk overschot te verbranden. Vier: dat ze op verschillende tijdstippen in Nederland en België sporen van misdrijf, de bijl, het mes, kleding en de auto heeft vernietigd of weggemaakt.

Rechter: Het is een uitvoerig dossier. Vijfentwintig ordners. Wat vindt u van de verdenking?

Janet: Feit 1: niet schuldig, ik heb Ton niet van het leven beroofd. Twee, drie en vier: die hebben te maken met brandstichting, daar heb ik al over verklaard, daar heb ik straf voor verdiend. Een mes: daar weet ik niks vanaf. Daar ben ik niet verantwoordelijk voor. Voor de andere punten wel, op feit één na.

Rechter: Feit één is het meest ernstige. Kunt u wat meer vertellen over hoe het contact tussen u en het slachtoffer tot stand is gekomen?

Janet: Op voorhand wil ik zeggen, ook voor de nabestaanden: ik heb nooit seksueel contact gehad met Ton Kuijf, dat heeft nooit plaatsgevonden. Het is wel zo dat ik hem heb leren kennen via sexjobs.nl. We hadden vriendschappelijk contact, we gingen samen auto’s wassen, samen eten, grapjes maken over de telefoon. Hij ondersteunde mij financieel, hij was meer een vriend van mij dan iets anders.

Rechter: U had een account op sexjobs?

Janet: Ik beroep me op mijn zwijgrecht, ik wil alleen over 13 en 14 maart vertellen.

Rechter: U weet dat er meer gebeurd is dan op die data. Ook gebeurtenissen op andere data kunnen van belang zijn voor de behandeling van de zaak.

Janet: Ik wil verder niet meewerken aan de beeldvorming die is gecreëerd, ik kan me niet verdedigen tegen ruis, iets wat niet feitelijk is bewezen.

Rechter: Het enige wat wij gaan doen is bespreken wat er in dossier zit waarvan wij vinden wat van belang is. Zover zijn we nog niet. Kunt u uitleggen wat Ton Kuijf bij u kwam doen op 13 maart?

Janet: Eh, mag ik dan het hele…

Rechter: Een beetje op hoofdlijnen. Niet alle details.

Janet: Hij kwam voor de financiering. Van hennepplanten.

Rechter: Die zou bij u in de woning gebouwd moeten worden? Een kwekerij?

Janet: Ja.

Rechter: Wist-ie dat?

Janet: Ja.

Rechter: Kunt u daar wat meer over vertellen. Het zou in uw bungalow opgebouwd worden. Dat wist hij?

Janet: Ja.

Rechter: Er zijn telefoongegevens over de gebeurtenissen in maart. Wat gebeurt er in de woning?

Janet: Hij komt het terrein oprijden, ik sta buiten bij de auto, ik ben bij Ton in de auto gestapt, we hebben drie weggetjes over het terrein gereden, toen gingen we terug, de woning in. Daar heb ik hem voorgesteld aan Youri.

Rechter: Hoe loopt het dan?

Janet: Er gaat een stukje aan vooraf.

(hier kon ik het even niet goed volgen, later blijkt dat er gepraat is over geld, dat Janet wil laten zien dat er nog andere investeerders zijn voor de hennepkwekerij en dat ze daar al geld van heeft gekregen. 1500 euro. Om dat te bewijzen, stapt ze in haar auto en rijdt ze naar Bergen op Zoom, naar het chalet van Youri B., om dat geld op te halen)

Janet: Ton moet er nog even over nadenken. Ik vind het lastig om zo te vertellen. De tank van de auto is leeg, Youri gaat met mij mee om tanken, ik zet hem af en ik ga naar Bergen op Zoom.

(ze tanken bij Gulf, aan de A28 bij Nulde, ruim tien kilometer van camping De Strokel in Ermelo, waar het chalet van Janet is)

Rechter: Wat doet u in Bergen op Zoom als u bij het chalet van Youri aankomt? .

Janet: Ik zet de auto neer, de slagboom was dicht, ik loop over terrein. Bij de stacaravan van Youri gooi ik de hond naar buiten, doe hem aan de lijn, geef hem wat te eten, haal spullen uit de auto en loop terug naar Youri’s auto.

Rechter: Heeft u enig idee van tijden? Hoe laat u uit Ermelo bent vertrokken naar Bergen op Zoom?

Janet: Nee. Ik kan wel zeggen wat ik in het dossier heb gelezen.

Rechter: Terug in Ermelo. Wat dan?

Janet: (lang stil) Ja. Lastig (kucht) Lastig om hierover te spreken. Mag nu heel snel? In de bungalow: brandt licht. Dat verbaast mij. Ik ga naar binnen en zie Youri en zie Ton niet. Er ontstaat een woordenwisseling met Youri (huilt), ik loop door de woning, ik trek de badkamerdeur open, in de logeerkamer is het een grote puinzooi, Youri loopt achter mij. Van de andere slaapkamer wil ik de deur opendoen, die wordt tegengehouden, dan zie ik Ton. Er ontstaat ruzie, vervolgens ben weggegaan, ik vertel het kort, anders komt er niks meer uit zo.

Ton-Kuijf-OV

Rechter: Hoe was Ton eraan toe?

Janet: Hij zei niks.

Rechter: Wat zag u aan hem?

Janet: Dat weet ik niet. Ik wil dat beeld niet meer zien.

Rechter: U zegt: “Ik weet het niet.” U bent niet in staat het te benoemen? U heeft het licht aangedaan?

Janet: Correct. Ik vertel het ook snel. Ik heb hem nog vastgepakt, ik heb geschreeuwd, Youri stond half achter mij.

Rechter: Leefde hij?

Janet: Dat weet ik niet, ik heb hem vastgepakt en hij zei niks,

Rechter: Was 112 bellen nog een optie? U weet niet of hij dood was

Janet: Dat weet ik niet, het ging allemaal zo snel, de ruzie met Youri, het was secondenwerk, vanaf dat noment was het geschreeuw, geduw, getrek.

Rechter: Daarna bent u met Youri vertrokken richting Bergen op Zoom?

Janet: Youri zei iets over de auto, ik ben achter hem aangereden.

(dit gaat over de auto van Ton Kuijf, een nieuwe Audi Q5)

Rechter: De auto is naar België gebracht, in Antwerpen neergezet. De sleutel is in een putje verdwenen?

Janet: Dat weet ik niet.

Rechter: En de telefoon van het slachtoffer, weet u wat daarmee gebeurd is?

Janet: Nee.

Rechter: U bent met Youri in woning nog bezig geweest met opruimen. Klopt dat? De vloerbedekking eruit gehaald, die zat onder het bloed, de muren geschilderd omdat er bloed op zat.

Janet: Wat er precies is gebeurd weet ik niet meer. Er is wat geschoven met spullen, Youri heeft het meeste gedaan. Ik heb een verwonding opgelopen aan mijn bovenarm toen ik met Youri aan het trekken was.

Rechter: Op vrijdag 14 maart legt u contact met Joyce N.; u bent samen met Youri. Wat was het idee, wat is er besproken?

Janet: In principe is Joyce erbij gehaald omdat ik niks kon, Youri had een handje nodig. Er is niks afgesproken. Mensen willen spullen wegdoen, wel niet, wel niet, ik kan niet specifiek iets zeggen over wat nu verder gebeurt.

Rechter: Hoe komt het dat het chalet in brand wordt gestoken?

Janet: Hoe dat precies is gegaan weet ik niet, we zaten met zijn allen in de auto. Joyce, Youri en ik. De politie belde, er sloeg paniek toe, ik heb gezegd: “Ik ga er niks meer doen, we steken het in de fik.” Iedereen heeft wel iets geroepen, verder is er niks gebeurd.

Rechter: Wat is er verder besproken?

Janet: Niet heel veel meer. Ik wilde er niks meer mee te maken hebben, Youri moest het maar uitzoeken en Joyce wilde Youri wel helpen.

Rechter: Hoe kwam u aan brandstof?

Janet: Ik heb gezegd: “Haal die maar bij mijn broer uit de schuur.”

(In eerdere berichten werd gemeld dat Janet op vrijdagavond om zeven uur een melding heeft gedaan op het politiebureau in Amersfoort, om te vertellen dat de als vermist opgegeven Ton Kuijf op donderdagavond bij haar was geweest. Hij was om half één ’s nachts vertrokken. Over de brand zei ze niets. De brand in het chalet is gesticht rond zeven uur, toen Janet in Amersfoort is. Hierover wordt tijdens deze zitting niets gezegd)

Rechter: Het huisje gaat in brand, er komt een melding van een bewoner van het park. Rond het moment dat de brandmelding binnenkomt is er al een politieauto onderweg naar uw adres omdat er een link is gevonden tussen u en het vermiste slachtoffer. U was die avond betrokken bij een eenzijdig ongeval, tegen middernacht. De politie treft u aan, niet bij de auto, maar verderop. U en uw spullen worden naar het ziekenhuis gebracht. Uw telefoon is zoek. Heeft u enig idee waar die gebleven is, die iPhone?

Janet: Nee.

(Janet is op vrijdagavond laat richting Eindhoven gereden, naar vriendin Natasja. Daar is ze niet binnen geweest, ze reed kennelijk weer terug richting Kampen toen ze in de buurt van Uden uit de bocht vloog en met een hersenschudding naar het ziekenhuis in Eindhoven werd gebracht)

 Rechter: Als er aangifte wordt gedaan van de vermissing slachtoffer, komt via telefoongegevens een contact naar voren met Lotte. Dat is uw naam op sexjobs, en komt de politie bij u en uw woning. Ik heb al vermeld dat bij het aanrijden van de politie ook de melding van de brand binnenkomt. Het slachtoffer wordt levenloos aangetroffen, er is de indruk dat er sprake is van een misdrijf. Het slachtoffer is vastgebonden, er zijn verwondingen, de woning is bij u in gebruik, de auto van het slachtoffer wordt later in België teruggevonden.

 (de rechter geeft aan dat er ongelooflijk veel onderzoek is verricht, alleen aan vier mappen met met dna-onderzoek. Er zijn observaties geweest van verdachten toen die vastzaten, deels in beperking. In de gevangenissen is gewerkt met zend- en ontvangstapparatuur en er is heel veel onderzoek gedaan naar gegevensdragers, mobiele telefoons, navigatiesystemen, camerabeelden. Buurtonderzoek, getuigenverhoren).

Rechter: Over de relatie tussen u en het slachtoffer. U wil niet over andere zaken verklaren, maar dit zijn dingen die wel besproken moeten worden. U was via sexjobs als Lotte bekend?

Janet: Ik beroep me op mijn zwijgrecht.

Rechter: Het eerste contact is van 17 januari 2014. Dan belt Ton Kuijf met uw numnmer (eindigt op 7878). Tot 1 maart 2014 zijn er 687 telefonische contacten. Met een Samsung-telefoon is er bij u geappt. 200 app-berichten, waarvan een groot aantal met een seksuele erotische lading. Er zijn ook berichten over het lenen van geld. U had 850 euro nodig voor een huurcontract; borg voor het huren van een bus. Ook berichten waar Ton Kuijf geld terugvraagt. Op 26 februari: “Kan ik vanmiddag de 1100 euro halen? Ik moet je echt zien om duidelijke afspraken te maken.” Uw antwoord: “Zodra ik mijn loon heb, je vraagt het mij de hele dag al.” Wilt u daar iets over zeggen?

Janet: Nee.

Rechter: Tot 1 maart zijn er 700 telefoontjes en apps. Ton Kuijf is tot 9 maart op ski-vakantie, op 11 en 12 maart is hij in het buitenland voor een zakenreis. Er zijn contacten per sms en telefoon op 9 maart, waarbij u Ton Kuijf sms’t en op 10 maart is er ook telefonisch contact. Er is één keer een sms van Ton Kuijf naar u en één keer een telefoongesprek van u, van 400 seconden.

Janet: Mag ik iets vragen? Gaat het om het 7878 of 3059?

Rechter: Op 9 maart om 7878, in januari ook. We weten uit het dossier dat er verschillende nummers voor contacten worden gebruikt.

(hier wordt het wat verwarrend. De rechter haalt – naar achteraf blijkt – IMEI-nummers en telefoonnummers door elkaar. Het gaat ook over contacten met Youri, met vriendin Natasja en met de moeder van Janet)

Janet: U heeft het steeds over 12 maart, in verband met mijn ex en mijn familie, dat klopt niet. Dat vind ik vreemd.

(wie met de ex wordt bedoeld is niet duidelijk; vervolgens gaat het  om verschillende telefonische contacten tussen Youri en Janet. Ook een aantal als zij al in het ziekenhuis ligt. Op zaterdagmorgen 15 maart, kort na negen uur, wordt er nog gebeld vanuit het ziekenhuis, met de iPhone van Janet), met het nummer van Youri)

 Rechter: De iPhone is na de aanrijding naar ziekenhuis gebracht. Als de politie die op zaterdag wil ophalen is de telefoon zoek. Die is niet meer gevonden. Daar komen we straks op terug.

(Het gaat nu eerst weer over contacten van 13 maart, tussen Janet en Ton Kuijf. Ook hier veel verwarring over de nummers. Duidelijk is wel dat op donderdag 13 maart veel is gebeld en ge-sms’t tussen beiden. Om zes uur ’s avonds is er een gesprek van 150 seconden, om drie minuten over zeven van 40 seconden. Vlak voor half acht van acht seconden. Later zijn er nog wat sms’jes. Rond half acht kijkt Ton Kuijf voor het laatst op zijn Whatsapp, om kwart over acht is het laatste actieve gesprek met zijn mobiel gevoerd)

Rechter: Ik zie uw hoofd schudden. Klopt het niet?

Janet: Nee. Die telefoon in de bungalow, die is niet van mij, maar van Youri B.

Rechter: Op 13 maart is er getankt bij de Gulf bij Strand Nulde, om 21.30 uur. Om 21.32 uur bent u daar met Youri B., u gaat daar beiden in de auto weg. Om 21.58 uur wordt de mobiel van Youri aangestraald bij de mast bij Vianen, op de route naar Breda. Er zijn inkomende gesprekken, en uitgaande, naar Natasja. Vanaf kwart over elf tot ’s morgens is de telefoon uitgeschakeld. Om kwart over tien zijn er berichten tussen Bianca J. (vriendin van Youri B.) en Youri: “Ben je al onderweg?” “Ja, ik zit in de auto.” Verder is er nog een verklaring van een getuige die zegt dat hij Youri op 13 maart voor half één ’s ochtends op camping in Bergen op Zoom heeft gezien. Om 00.42 uur is een telefoon met nummer 0635 ingeschakeld, die wordt aangestraald bij een mast in Breda.

Janet: Ik wil niet bijdehand doen, maar ik denk dat u het verkeerde nummer noemt.

Officier: Dat nummer hoort toe aan een van de kinderen van Ton Kuijf.

Rechter: Het eerstvolgende contact is 01.31, als er wordt ingebeld door familie van Ton Kuijf; er volgt een voicemail, kort na 2 uur. Uit andere verklaringen blijkt dat Ton Kuijf een ontmoeting met eten had in restaurant NU (in Kerk-Avezaath, bij Tiel), op donderdag 13 maart, waar hij verschillende mensen heeft ontnoet. Getuige Van E. verklaart over een aantal telefoontjes die hij aannam en daarvoor wegliep. Toen hij terugkwam, zag hij niks bijzonders. Getuige P. verklaart: Kuijf liep een aantal keren weg. Andere keren was hij relaxed, dan had hij zijn telefoon uit. Nu was hij minder relaxed. Getuige K.: “Die donderdag was hij gespannen en druk, zijn gezicht vertrok bij het zien van het nummer, hij leek boos. Hij nam op met: ‘Ja?’. Anders noemde hij altijd zijn naam. Hij liep weg van tafel, boos of geïrriteerd. Daar hebben we nog een grapje over gemaakt, maar daar heeft hij niet op gereageerd.” Daarna is hij naar uw chalet gereen. U had een relatie met Ton Kuijf: u had geen seks met hem, het was een vriendschappelijke relatie en u had geld van hem geleend. Klopt dat?

Janet: Ja.

Rechter: Om wat voor bedragen ging het?

Janet: Dat durf ik zo niet te zeggen, dat kunt u in het dossier nakijken.

Rechter: Het gaat in één maand tijd, in januari, om 2800 euro. Dat is niet weinig.

Janet: Ik denk dat het nog iets meer is. Ik heb de rechercheurs gevraagd mijn mails te checken. Ton heeft ook een paar keer mijn rekening van UPC betaald.

Rechter: Hoe moest dat met dat geld? Hij was toch geen suikeroom?

Janet: Dat vind ik een verkeerde benaming. Hij kon wat extra’s bijverdienen. Omdat daar meer inkomsten uit voortkomen.

Rechter: De hennepteelt?

Janet: Ja.

Rechter: U werkte ook?

Janet: Ja.

(ze werkte in een tehuis in Den Dolder, met moeilijk opvoedbare jongeren)

Rechter: Kon u daar niet van rondkomen ?

Janet: Jawel.

Rechter: Je zou denken van niet. Als je aanmaningen krijgt en anderen nota’s voor u betalen.

Janet: Ton zei vaak: “Ik help je.” Als wat extra’s.

Rechter: Ook aanmaningen werden doorgestuurd. De familie heeft aangifte gedaan van afpersing en een klacht ingediend. De politie heeft u op 14 maart gebeld, uw telefoon is beantwoord. Er is wel verteld dat er na het telefoontje paniek ontstond. Toen u was opgenomen heeft u verteld aan de politie dat Ton Kuijf regelmatig bij u op bezoek kwam, “hij is gisteravond ook geweest, hij is om half één weggegaan.” Er is toen ook iets verteld over een seksdate met twee andere mannen. Later zei u: “Dat heb ik een beetje gelogen.”

Janet: Klopt.

Rechter: Die andere contacten waren via sexjobs?

(hier kon ik het niet goed volgen. Het lijkt erop dat er wordt gezegd dat er op 13 maart nog zo’n contact met iemand is geweest, dat ze is opgehaald en dat ze geld heeft gekregen)

Janet: Klopt.

Rechter: Dat was met een jongen in een blauwe Volvo. Anderen hadden met u betaalde seks, meerdere keren (zie kader onderaan: seks met Janet, de hakbijl naast het bed).

Janet: Ik beroep me op mijn zwijgrecht.

Rechter: Ik geef een korte samenvatting. Er is sprake van geldnood bij u. De makelaar van wie u het huisje huurde heeft het over smoesjes om de huur niet te betalen en heeft een aanmaning gestuurd. Jocye verklaart dat u altijd geld nodig had. Er zijn verschillende verklaringen over afpersingen. Er is een mobiele telefoon van Ahud, een filmpje, onderzoek naar afpersing van een bepaald persoon, van wie we alleen de initalen noemen (T.V.); die heeft belastend verklaard. In de telefoon bij u staat het nummer van die T.V. en ook van Ton Kuijf. Dit kan leiden tot de conclusie dat er sprake zou zijn van afpersing. Er is een bericht van Joyce: “Wat heb je ervoor om je vrouw er niet achter te laten komen?” In de telefoon van Joyce zijn contacten met Ton Kuijf en op haar telefoon gaat het over twee mannen en twee vrouwen die seks met elkaar hebben en die zich daarin hebben herkend.

Janet: Volgens mij schetst u wat anders dan wat er op die filmpjes te zien is.

Rechter: Er zijn mensen uit uw omgeving benaderd. Oud-collega’s die bij u in de auto zitten horen u meerdere keren over geld. “Die man heeft geld, hij heeft een dikke Audi.” Iemand hoort “een afpersgesprek en: “Wat heb jij hem gestuurd?” Op 24 februari ging het over “de man van de Audi.” Die vond u wel leuk, u speelde daarmee.

Over drugs en andere verdenkingen: uw broer verklaarde dat er vroeger drugs van u in zijn huis lagen. Oud-collega S. is een keer met u bij uw broer geweest. Andere drugsdelicten: in juli 2010 een kluis leeggehaald in het zuiden. Er is een verdenking van een inbraak in de woning van uw ouders, najaar 2011.

Janet: Wat hebben deze vragen, sorry dat ik boos word, de verdenking van de stiefvader: dat is gecreëerd oor politie. Saskia is een boze ex van mij, die vindt het heerlijk om te helpen zodat ik langer achter de tralies blijf. Die andere verklaringen zijn precies wat in Panorama en Revu heeft gestaan, dat is beeldvorming. De verklaringen van de boze ex-vriendin of collega zijn letterlijk van misdaadjournaal (ze zal bedoelen: misdaadjournalist.nl) afgehaald. Ik weet dat u met verklaringen komt. Getuige S. zegt dat ze Youri heeft gezien. Heeft ze dat? Zo is er elke keer zoveel geroepen, het gaat niet om wat feitelijk is, ik kan dat niet begrijpen, echt niet.

Rechter: We moeten het toch bespreken.

Janet: Ik had liever gewild dat men meer onderzoek had gedaan naar belangrijker dingen.

Rechter: Er zijn stukken over de dood van het slachtoffer. Van de brandweer. Bij het bekijken van het slachtoffer, in zeil gewikkeld. Tape om zijn nek. Er is hevige rookontwikkeling geweest, hij was niet meer te reanimeren. Op de plaats delict is onderzoek gedaan. Er is sectie gedaan. Letseldatering. Is het letsel bij leven ontstaan? Ton Kuijf is op maandagavond door zijn vrouw en oudste zoon geïdentificeerd. Op de plaats delict lag hij op rug op de grond in de slaapkamer, aan de voorzijde van het chalet. Er was een betonnen vloer, geen vloerbedekking. In de linkerhoek lag een tapuit. Opgerold. Er was recent geschilderd. Ton Kuijf lag in kunststof bouwzeil, met eromheen grote hoeveelheid bloed. Kabelbinders om de knieën, enkels, hals en romp. Op de linkerborst beschadiging in de tape, met de rol er nog aan. Een diepgaande wond in de hals van oor tot oor. Kabelbinders om de pols. De schoenzolen waren schoon, er zaten geen bloedvlekken op de zolen. Op zijn hoofd meerdere letsels, toegebracht met een stomp voorwerp, op het achterhoofd. Er zijn zes scherpe perforaties, in long en lever en aan de armen en handen. Meerdere huidbeschadigingen en bloeduitstortingen. Hoog op het voorhoofd een indeuking van het schedelbot. Dat wijst op een aanzienlijke plaatselijke impact. Er zijn sporen van staal. Coating. Deeltjes, afkomstig van het voorwerp waarmee het is veroorzaakt. Het team heeft een bijl aangekocht. Op het achterhoofd rechts: een gebogen scherpe huidklieving, aangebracht met een scherprandig voorwerp. De diepte duidt op aanwezigheid van massa. Een hakmes en een bijl. Het letsel op het achterhoofd is enkele uren oud, meer niet meer dan uur. Het letsel is bij leven ontstaan, er is substantieel bloedverlies. De wonden aan de handen: dat kan ook afweer zijn geweest. Wond bij het borstbeen: met een voorwerp van roestvrij staal. Er waren veel messteken. In de buik, doorsteken van de lever. Eén hoog aan de hals. 24 centimeter lang, twee centimeter diep. Tijdens de brand was Ton Kuijf niet in leven. Het tijdstip van overlijden is volgens de patholoog niet te bepalen. Er was tape op en rond het slachtoffer. Er zijn geen vingersporen gevonden. De rol tape rond de hals is losgeknipt. Het DNA bevat een onvolledig mengprofiel van twee personen: het kan van Ton Kuijf en van Janet zijn. De tape om de hals is na de verwonding aangebracht. Op aanwijzen van Youri zijn de bijl en het mes gevonden, ruim na de dood van Ton Kuijf. Daar zat geen bruikbaar DNA op. Het DNA en lichaam en kleding en goederen van Ton Kuijf matchen alleen met die van hemzelf. Er was letsel bij Janet en Youri. U bent onderzocht. Op uw linkerheup waren twee lijnvormige krasverwondingen. U heeft hierover niets verteld. Aan uw linkerarm een gehechte scherpe snijverwonding en bloeduitstorting door stomp inwerkend geweld. In de palm van uw rechterhand een snijverwonding. Bij uw pink twee krasjes en links onder knie en bij de rechterbovenknie een bloeduitstorting. Tijdens het verhoor werden bij Youri twee herstelde verwondingen op de hand vastgesteld. Er zijn bloedsporen op uw beha en uw G-Star-jas gevonden.

(Janet kijkt tijdens dit relaas voortdurend naar haar advocaat, alsof ze hem iets wil zeggen. Dat stoort de rechter nogal, die vindt dat erg onrustig en vraagt of ze daarmee op wil houden)

Rechter: Er zijn bloedsporen op uw beha en jas met DNA een van man. Ton Kuijf. De matchkans is kleiner dan 1 op 1 miljard.

(dit klinkt wat verwarrend, het betekent eigenlijk: een 100-procent match. De kans dat het DNA van iemand anders is, is kleiner dan 1 op 1 miljard)

Rechter: Deze beha droeg u toen u in het ziekenhuis aankwam. Op de jas zaten op de rechtermouw bloedspatten en vegen, op de capuchon en in de binnenzak. Het is niet vast te stellen of dit erop kwam tijdens het plegen van het delict. In de kofferbak van de auto lag een joggingbroek, met bloedsporen op de rechterpijp, waarvan het DNA matcht met dat van Ton Kuijf. In de auto lagen gele schoenen met bloed aan de zool en DNA van Ton Kuijf. Ontstaan door bewegend contact met een bloedend persoon. Of door staan in vloeibaar bloed. Er is met deze schoenen gelopen nadat ze bebloed zijn geraakt. Er zijn veel handschoenen. Een verfroller. Matcht met Janet. Sokken in de auto, met verfspatten en bloedsporen. Van Ton Kuijf. En een mengprofiel van Janet en Ton Kuijf. In de berging lag een imitatievuurwapen. Een verboden wapen. Dat is bemonsterd, er is een match met DNA van Ton Kuijf en met dat van Janet. Aan de binnenzijde van de loop: DNA van twee vrouwen: Janet en Joyce N.

(Op vrijdagavond was Janet betrokken bij een eenzijdig ongeval. Ze is naar het ziekenhuis gebracht)

Rechter: De volgende dag is de politie naar het ziekenhuis gegaan om uw telefoon en kleding op te halen. De tas met kleding was meegenomen door Natasja, nadat uw broer haar had gebeld, en naar de politie gebracht. Maar de telefoon zat er niet in. Die telefoon – de iPhone – is nog steeds zoek. U weet niet waar hij is. Natasje wilde in het ziekenhuis op de Iphone kijken, die lag op het nachtkastje. Uw moeder zegt: “Ik heb de iPhone niet gezien.” Er is een tapgesprek van 17 maart, de maandag erna, tussen Annie en José (uw moeder en de partner van uw broer). “Danny heeft de telefoon.” José: “Ik weet niet of Natasja de telefoon heeft, Danny niet.” “Natasja heeft de telefoon toch? Maar ja, dat komt wel goed.” En in een gesprek tussen Annie en Danny: “Die telefoon moet weg.”

Waar waren de toestellen?Op donderdagavond om 21.32 uur is er getankt en weggereden bij het Gulf-station bij strand Nulde. De mobiel van Youri is aangestraald bij Vianen, op de route naar Bergen op Zoom. Er is telefonisch contact tussen Youri en Janet, een app met Bianca J. Dat lijkt te zijn met Youri. Een bericht waar zij informeert: “Waar ben je?” Er is een mast in Breda aangestraald. Contact tussen nummer 3059 en Youri op zaterdagmorgen. Kunt u daar iets over zeggen?

Janet: Ik zou het echt niet weten, ik weet helemaal niets van die periode. Mij is later verteld dat mijn broer spullen heeft meegenomen en aan Natasje gegeven, beiden zeiden dat er geen telefoon was. Ik heb het alleen van horen zeggen, ik heb geen contact gehad.

Rechter: Die telefoon wordt ontgrendeld met een vingerafdruk.

Janet: Onder andere.

Rechter: Er zijn nadere gegevens van de telefoonmast. Wat blijkt? Er is een extra verbinding geweest om 23.24 uur op 13 maart, van zes minuten. Er is een mast aangestraald in Bergen op Zoom, met het nummer van Youri.

Rechter 2: Klopt het dat u weleens de telefoon van Youri gebruikte?

Janet: Ja, enkele dagen.

Rechter 2: Met die telefoon heeft u naar Natasja gebeld?

Janet: Ja.

Rechter 2: Hoeveel telefoons had Youri?

Janet: Meerdere.

Rechter: Er zijn verklaringen van Joyce N.; u kent elkaar sinds de middelbare school. Joyce heeft verklaard dat ze een aantal keren trio’s met u heeft gedaan, ook één keer met T.V.; over de dood van Ton Kuijf zegt ze: op vrijdagmiddag 14 maart was u bij haar. U vertelde dat ze de avond ervoor een klant had die iets raars wilde, dat ze ruzie hadden gekregen, dat ze hem had aangevallen met bijl, dat ze zichzelf gesneden, ze had op die man lopen inhakken. Het kwam over alsof ze alleen was. Ze had een jongen gebeld om het op te ruimen. “Nog nooit zoiets gezien.” Joyce had een telefoontje van u gekregen. Ze was meegegaan, er was een drugsdeal geweest. Dat had ze aan haar broer verteld. Er lag bloed, dat kreeg ze niet meer schoon. In oktober is Joyce bij de rechter-commissaris gehoord. Toen heeft ze geen verklaring afgelegd.

In de auto was een pinbon van McDonalds aangetroffen. Daardoor is Youri in beeld gekomen. Hij is eind april aangehouden en acht dagen verhoord. Hij zegt: “Ik was niet betrokken bij de dood en de brandstichting.” Er is onjuiste informatie aan kennissen doorgegeven. Aan vrienden en kennissen, o.a. aan Bianca. Op 29 september is er een verhoor en dan komt er een kanteling. Hij verklaart dat Janet op 13 maart had gebeld met een meneer. Ze had het over schulden en geld, iemand zou helpen met geld. Janet had gevraagd of hij in de auto wilde wachten. Dat had hij gedaan. Hij was met een usb-stick bezig geweest, hij had gerookt. Hij had de Audi niet aan horen komen. Hij zag Janet in de hal op de grond zitten toen ze aan het hakken was. Hij wilde dat afpakken, dat was de bijl. Hij kon zien dat er iets lag in de slaapkamer, maar ze had geen licht aan. Meneer lag op zijn zij. Ze was aan het hakken op zijn lijf en borstkas. Youri probeerde Janet rustig te krijgen. Ze keek met een lege blik dwars door hem heen. Moest hij de politie niet bellen? Janet zei dat hij rijke ouders had. Youri weigerde om in de auto te gaan. Janet heeft zich in Ermelo gedoucht. Janet flipte. Janet heeft het mes en de bijl schoongemaakt. Het mes had hij in het chalet voor het eerst gezien. Hij heeft niet gezien dat er tape om de nek van het slachtoffer zat. Het mes en de bijl hebben ze begraven in een bos, waar het later is gevonden. Janet wilde terug naar het chalet, omdat de auto er nog stond. Hij moest achter haar aan naar Brasschaat, in zijn Volvo. Hij heeft u gedwongen u te volgen. Janet had de telefoon en huissleutel van Youri nog, De Audi is in Antwerpen achter gelaten, Youri heeft de sleutels in een put gegooid en ging terug naar Ermelo. Janet bedreigde Youri. Er was bloed aan de zijkant van het bed. Janet heeft zeil. Ze trok het zeil eruit. De vloerbedekking moest eruit, er was een plas bloed, alles moest naar de woonkamer. Janet heeft de muur geverfd, Youri moest het bloed van de muur halen, maar dat ging niet, dat kwam door het beton. Janet is met de auto naar Bergen op Zoom gegaan, daarna naar Eindhoven naar Natasja. Youri is in oktober gehoord bij de rechte-commissaris en heeft toen geen verklaring afgelegd.

Broer Danny verkjlaart dat hij op donderdagavond een paar keer bij De Strokel is geweest. Om 22.40 uur. Hij heeft Janet niet gezien. Janet is vrijdag bij hem geweest, ze heeft gezegd dat ze domme dingen had gedaan en gevraagd of ze zijn auto kon lenen. Later had ze het over bloed. Hij wilde er niks mee te maken hebben en zijn auto niet uitlenen.

U bent door de politie gehoord. De laatste keer op 11 juni. Tot die tijd heeft u zich op uw zwijgrecht beroepen. Van januari 2015 tot oktober bent u als getuige gehoord. Over uw relatie met Youri en Ton Kuijf. Youri kende u al een tijdje, sinds 2011. Op 9 maart 2015 was Youri bij u gekomen met anderhalve kilo hennep, die u wel kwijt kon aan Sem en Mo; u had het over het opzetten van kwekerij. Sem en Mo zijn gekomen. Ze wilden de hennep niet kopen, die vonden ze te nat, ze wilden 1600 euro geven. Voor het opzetten van een kwekerij had u 7000 euro nodig. U en Youri zouden de helft doen, Sem en Mo de andere helft.

Wat betreft uw relatie met Ton Kuijf: u kende hem via sexjobs. U had geen seks, er was een vriendschappelijke band, hij hielp u met geld. Hij wist dat u bezig was met coke en wiet. Er zijn sms-berichten door Joyce naar hem verstuurd.

(T.V. was een vorige klant, die is afgeperst en bedreigd. Janet en Joyce wilden met Ton Kuijf hetzelfde doen als met met hem. Janet had tegen Joyce gezegd dat ze het maar moest proberen. “Stuur maar, doe maar.” Janet wist dat Joyce geen seks had gehad met Kuijf. Later had ze met Ton Kuijf nog gelachen om de appjes van Joyce)

Rechter: U deed tegenover Ton Kuijf alsof u werd lastiggevallen, omdat hij niet toegaf aan de afpersing. Waarom heeft dit contact met Joyce gedeeld?

Janet: Daar heb ik uitgebreid over verklaard, ik wil hier niet uitgebreid over T.V. verklaren, daarom ga ik er hier niet op in.

Rechter: U heeft gelachen om Joyce?

Janet: Joyce wilde hetzelfde doen. In mijn berichten ben ik heel kortaf. Ik ben de hele dag bij Joyce thuis geweest. Ik heb Ton Kuijf nooit wilen afpersen, dat heb ik niet gedaan, daar was geen reden toe. Joyce was enorm kwaad omdat Ton mij wel ondersteunde en haar niet.

Rechter: Als u zo’n goede vriendschappelijke band heeft met Ton Kuijf, waarom neemt u dan het risico dat door Joyce dat contact verknald wordt?

Janet: Daar heb ik niet over nagedacht, maar het is ook niet kapotgegaan daardoor.

Rechter: Tussen u en Ton Kuijf was geen seks, zegt u. Waarom wel van die sms’berichten?

Janet: Het is er nooit van gekomen. Het is nooit geweest, dat blijf ik stellen, er was geen seksueel contact.

Rechter: Er waren wel seksueel getinte sms’jes.

Janet: Het is een beetje respectloos, met nabestaanden, dat hij bepaalde dingen mist, maar is het ervan gekomen? Nee.

Rechter: Die afpersachtige appjes, daar heeft u het wel met Ton Kuijf over gehad. Waarom zou hij willen investeren, na de sms-berichten van Joyce?

Janet: De laatste berichten zijn van 22 februari. Van Ton en mij. De band is niet veranderd tussen ons.

Rechter: Er komt na eind februari geen geld meer.

Janet: Na 28 of 29 februari hadden we geen contact meer.

Rechter: Er waren betalingen. 2800 euro in de maand.

Janet: Wat is de vraag? De gesprekken blijven normaal.

Rechter: Kon hij geld overmaken uit het buitenland?

Janet: Dan kunnen we een hele discussie beginnen over wat wel of niet zou kunnen.

Rechter 3: Er waren 687 berichten. Dat is afgenomen, op enig moment.

Janet: Na zijn terugkomst hebben we wel gesproken, in de week van 10 maart.

Rechter 3: Een aantal waren erotisch getint, die gingen expliciet over wat u met elkaar wilt doen.

Janet: Ik vind niet dat u dat hier hardop hoeft te zeggen.

Rechter 3: U hoeft niet te bepalen…

Janet: (roept erdoor heen) Het zou voor mij geen verandering brengen, het zou voor mij handiger zijn om ja te zeggen. Deze berichten zijn meer een soort van spel gewest. Heeft daar iets achter gezeten? Heb ik er dan belang bij om hem af te persen?

Rechter 3: Als ik berichten lees over elkaar erotische massage geven, “Uw lange benen bij mij in de nek” en dat hij bij u naar binnen wil, dat zijn seksuele berichten. “Was dan maar niet weggegaan.”Dat komt toch over als een seksuele relatie? Wat was dan…

Janet: De tekortkoming die hij had was voor hem een ding, daarom wil ik niet over hem praten. Ik had lol met hem en zakelijk gezien hadden we een band.

(er volgt dan een passage over sms’jes met een onbekende afzender. “Ik zit nu in het buitenland, zwaar in de problemen.” “Weet waar ik werk, wat ik doe.” “Wat ik ervoor over heb om mijn leven normaal te houden)

Rechter 3: Wat zijn dat voor berichten?

Janet: Daar durf ik niet specifiek inhoud van te geven.

Rechter 3: Waar gaat het dan over?

Janet: Daar ben ik over aan het nadenken. Welke datum betreft dit, sorry?

Rechter 3: 1 maart.

Janet: Zou ik daar straks op terug mogen komen, dat ik even overleg met de advocaat?

Rechter 3: Het gaat ook over de lening van Ton Kuijf. “Hoe en wanneer gaan afspreken hoe ik terug krijg?” en daarvoor: “Ik betaal terug na de 23-ste.” Het gaat ook over verhuizen naar Soesterberg.

Janet: Dat is een nuance. Het gaat over drugs. Het zijn verdraaiingen in woorden.

Rechter 3: Het gaat over drugs,

Janet: Het gaat over drugs.

Rechter 3: Welke?

Janet: Ik houd het gewoon op drugs, ik wil me daar verder niet in criminaliseren.

Rechter 3: Andere leningen? De deurwaarder. Ook drugs?

Janet: Ik heb richting Ton voorgedaan dat ik het wat moeilijker had dan het daadwerkelijk was.

Rechter 3: Het terugbetalen: wat is erover afgesproken?

Janet: Niks meer. De laatste avond hebben we het er heel kort over gehad, in de zin van: als we dit financieren kan het op die manier.

Rechter 3: Voor de dertiende waren er ook al gesprekken over drugs?

Janet: Ja, Ton wist dat ik mij bezighield met drugs. Donderdag 13 heb ik hem gesproken, pas in de auto heb ik het er met hem over gehad. Vijf à tien minuten.

Rechter 3: Wat heeft u verteld?

Janet: Over het plan dat Youri en ik met twee anderen een hennepkwekerij op De Strokel zouden neerzetten en of hij wilde financieren.

Rechter: U zei: “Ik was naar Ton toe niet helemaal eerlijk, ik deed me slechter voor, omdat hij gemakkelijk was met geld lenen.” Hoe vriendschappelijk was uw kant van de relatie?

Janet: Ik kon met hem over heel veel dingen goed praten, het was een heel relaxte man, ik kreeg veel advies van hem.

Rechter: In vriendschap kunnen bepaalde waarden op prijs worden gesteld. Eerlijkheid en vertrouwen. U had een vriendschappelijke band. Nu beluister ik dat u niet eerlijk was, omdat hij gemakkelijk met geld kwam. Hoe verhoudt zich dat met het vriendschappelijk karakter van de relatie?

Janet: Dit was zoals het was.

Rechter: Youri had die donderdag ergens cocaïne gehaald. Geld opgehaald bij een kippenboer. 500 euro. U zou Ton om 1000 euro vragen, en wietgeld gaan zoeken. Dat kon u niet vinden. Toen kwam Ton eraan, bent u een stukje gaan rijden, en toen heeft u verteld van uw plannen. Hij wilde erover nadenken, omdat u al zoveel had gehad. Ton had gezegd: “Hoe goed ken je die jongens?” Toen heeft u gezegd: ik ga even naar Bergen op Zoom om geld op te halen. Ton Kuijf had toen gezegd dat hij een tijdje zou wachten, hij zou weggaan als het te lang ging duren. U bent gaan rijden in de Volvo, de tank was bijna leeg, Youri ging mee om te tanken, daarna heeft u hem afgezet bij het chalet. Naar Bergen op Zoom heen en weer: dat is best een stuk rijden. Stel dat Ton Kuijf er niet meer zou zijn als u terugkwam, wat had het voor zin dat u geld ging halen? Er was een beste kans dat Ton Kuijf niet zo lang wilde wachten? U ging naar Bergen op Zoom om het geld aan hem te laten zien.

Janet: Wat begrijpt u niet? Als hij het niet wilde, was het bij hetzelfde gebleven.

Rechter: Als u niet weet of hij er zou zijn, wat voor zin had het dan?

Janet: Die vraag stelde u net ook al.

Rechter: Ik snap het niet. Wat had dat ritje voor zin?

Janet: Ik ben niet vies van rijden, en de hond van Youri moest nog uitgelaten worden.

Rechter: Ton Kuijf heeft gezegd: “Ik heb niet veel tijd.” Dan laat u hem achter in waan dat u snel terug bent. Minstens drie uur. Hij had niet veel tijd. U zegt: “Bekijk het maar, zoek het maar uit?’ Dat vind ik een rare actie, ik begrijp het niet.

Janet: Ik was er niet super verlegen om. Hij had niet veel tijd, hij wilde nog nadenken.

Rechter: Hij had ook kunnen zeggen: “Dan bellen we morgen weer.”

Janet: Dat had gekund. Maar: ik rijd heen en weer, kijk maar.

Rechter 1: Als hij die 1500 euro bij u zag, zou dat uitmaken? Hij had geld genoeg.

Janet: Wat wilt u daarmee zeggen? Hij moest erover nadenken. “Misschien rijd ik een rondje.”

Rechter 3: Waarom ging Youri niet naar Bergen op Zoom?

Janet: Die had daar geen zin in.

Rechter 3: Het was zijn hond.

Janet: Youri is niet een van de meest actieve mensen.

Rechter 3: Het is mij niet duidelijk: het was ’s ochtend besproken, maar dat hij ’s avonds erover na moest denken.

Janet: Omdat ik het niet over drugs had gehad. Ik weet het niet meer woord voor woord.

Rechter 3: Zegt u: overdag hebben we het telefonisch niet over financiering van hennep gehad?

Janet: Niet met specifieke woorden.

Rechter 3: Waar kwam hij dan voor?

Janet: U maakt het anders. Ik heb met hem afgesproken over eventuele financiering voor iets. Dat wil ik wel heel erg duidelijk hebben.

Rechter 3: Het moest ineens helemaal snel. Wat was daarvoor de reden?

Janet: Dat was vanuit Youri. Hij wilde wat meer indruk maken op zijn ex-partner.

Rechter 3: Hoe?

Janet: Dat weekend was er wat, hij had ruzie met meneer C., hij wilde wat laten zien, hij werd niet meer gesteund door zijn ouders, niet meer door zijn vader. Dat hij weer het mannetje was, een wiethok had, erbij hoorde.

Rechter 3: Als je een wiethok installeert, zijn er niet meteen financiën.

Janet: Daarom wilde hij sneller, zodat het sneller liep, zodat hij kon pronken, dat was zijn manier van pronken.

Rechter 3: Wilde hij op een feest pronken met: “We hebben een wiethok?”

Janet: Dit is wat hij mij zo heeft gezegd. Ik oordeel niet over zijn manier van pronken.

Rechter 3: U zei: “Het moest snel.” Waarom ging u daarin mee?

Janet: Ik heb hem geholpen. Voor mij was het: is hij er wel, is hij er wel, is hij er niet, is hij er niet, voor mij zat er geen druk achter.

Rechter 3: Maar u stapt in de auto om naar Bergen op Zoom te rijden om hem het geld te laten zien.

Janet: Ik ben niet vies van rijden en het was ook voor de hond. Is Ton er wel, is Ton er niet.

Rechter 3: Hij had weinig tijd. Heeft hij dat nog gezegd bij De Strokel?

Janet: Durf ik niet te zeggen. Alleen: “Misschien rijd ik een rondje.”

Rechter 3: Telefonisch had hij gezegd: “Ik heb weinig tijd.” In de loop van de avond is het: “Ik zie wel?”

Janet: Ik was verbaasd toen ik terugkwam dat hij er nog was.

R3 Heeft u nog geprobeerd te bellen of te sms’en?

Janet: Nee.

Rechter 3: Sem en Mo zouden ook naar het chalet komen. Als Ton Kuijf er niet meer zou zijn, wat had dat dan voor zin? Hoe zat het dan met Sem en Mo? Dat waren contacten van u, waar bleven zij?

Janet: Ik heb Sem begin van de avond wel gezien, daarna niet meer.

Rechter: Hoe laat?

Janet: Tussen vier en acht. Heel globaal.

Rechter 3: Zij zouden ook komen.

Janet: Ik heb Sem nog wel gesproken, daarna heb ik totaal geen contact meer met hem gehad.

Rechter 3: Ze zouden toch komen?

Janet: In eerste instantie wel, later heb ik ze niet meer gezien.

Rechter 3: Wat is er dan besproken? Als u naar Bergen op Zoom ging, hoe moest dat dan?

Janet: Er was geen concrete afspraak gemaakt, dat heb ik niet gezegd.

Rechter 3: U zou investeren, er was een afspraak om het daarover te hebben, wat gebeurt er dan als u ter plaatse besluit naar Bergen op Zoom te rijden?

Janet: Ik wist begin van de avond niet dat ik naar Bergen op Zoom zou gaan.

Rechter 3: Was er geen risico dat zij zouden komen, terwijl u naar Bergen op Zoom was?

Janet: Ik begrijp wat u bedoelt. Maar aan het begin van de avond hebben we geen concrete afspraak gemaakt. Ik ben naar Bergen op Zoom gegaan, daar hebben we geen contact meer over gehad.

Rechter 3: Bij de rechter-commissaris heeft u gezegd: “Ik had een afspraak met Sem, hij zou later ook nog naar De Strokel komen. Maar ik heb hem niet meer gezien.” Heeft u nog aan Youri gevraagd of Sem nog geweest is?

Janet: Nee. Vanaf het moment dat ik terugkwam was het hectiek, paniek.

R1: Ik begrijp het steeds minder. Eerst is er een afspraak. Dan gaat u ineens naar Bergen op Zoom.

Janet: Youri was er toch. Die was er in het begin van de avond ook, met het contact met Sem. Bij terugkomst überhaupt nog.

Rechter: Er zijn prepaids gekocht, voor drugsgesprekken. Hoe kan het dat er daarmee alleen gesprekken gevoerd zijn met Ton Kuijf. Niet over drugs.

Janet: In die periode ben ik niet bij Youri weggeweest, ik was steeds in het bijzijn van Youri geweest. Alleen dinsdagavond waren we even gescheiden, voor de rest waren we samen.

 

(deze telefoons waren blijkbaar alleen bedoeld voor het contact tussen Janet en Youri)

 

Rechter 3: Er was toch ook met andere mensen contact over drugs?

Janet: Dit was alleen met Youri. Het is met iedereen wat anders.

Rechter: U gaat weg bij De Strokel, u getankt. Youri ging met u mee, hij had een pinpas, hij wilde u zijn code niet geven. U zet Youri daarna af bij De Strokel.

Janet: Nee, bij de rotonde daar. Dat was niet superver lopen.

Rechter: Hoe ver?

Janet: Dat is zo moeilijk! Ik heb het uitgetekend, daar had een berekening op los gelaten kunnen worden.

Rechter: U zegt: toen u Youri afzette, was Ton Kuijf nog in de bungalow.

Janet: Dan zou u de beelden moeten uitlezen, dit klopt niet. Ik zal ‘waarschijnlijk’ hebben gezegd.

Rechter: U gaat naar Bergen op Zoom, u heeft geprobeerd Natasja te bellen, u kreeg geen contact. In Bergen op Zoom heeft u geld gepakt, spullen uit de auto gehaald, de hond uitgelaten, terug nar Ermelo. Wat ik niet snap: waarom had u de pas van Youri nodig om te tanken?

Janet: Hoe bedoelt u?

Rechter: Zoals ik het zeg.

Janet: De pinpassen lagen in mijn eigen auto.

Rechter: Had u het geld van de kippenman niet bij u? Dat had u om half zeven opgehaald.

Janet: Ik heb Youri gevraagd om zijn tankpas.

Rechter: U zegt: toen ik terug kwam bij De Strokel stond de auto van Ton er nog en was u verbaasd. Waarom? Had u niet verwacht dat hij er nog zou zijn? Wat was dan het nut van het rijden naar Bergen op Zoom?

Janet: Daar zat geen druk achter, ik vond het niet erg om te rijden.

Rechter: U gaat het huisje binnen, Youri is in de woonkamer, had vegen bloed op zijn gezicht en gaf geen antwoord. U ging naar de slaapkamer, de deur ging moeilijk open. Ton lag erachter. U deed het licht aan, zag tape om zijn mond. De politie vraagt: wat voor letsel zag u? Het gaat om meerdere verwondingen. Wie de foto’s heeft gezien, kan zien dat het letsel is dat je vrij snel waarneemt. Politie vraagt door wat u verder heeft gezien. Dan vertelt u: “Er was niet veel bloed. Weinig.” Als u de tape ziet bij de wond, we weten wat voor wond er bij zijn hals zat, heeft u die dan niet gezien?

Janet: Nee.

Rechter: Meer dan 20 centimeter lang, centimeters diep.

Janet: Ik heb iets van tape gezien.

Rechter: U vertelt dat u hem naar u toegetrokken heeft, zijn hoofd vastgepakt, dat er bloed op zijn gezicht zat en dat hij niets meer zei. U heeft tegen hem gepraat, hij zei niets terug. U wist niet of hij dood was. Het kwam niet op om 112 te bellen. U had ruzie met Youri, die stond achter u. Schreeuwde. Over en weer is er geslagen en geduwd. Youri had de bijl in zijn hand. U weet niet meer hoe u gewond bent geraakt. U had een wond in de handpalm. Het lijkt een snijwond. Het was geen kleine wond.

Janet: Ik heb geen idee, ik weet niet hoe ik daaraan kom.

Rechter: Allebei wilde u: geen politie. Youri wist een plek om de auto neer te zetten. In Antwerpen. Daar bent u naar toegereden. Via Bergen op Zoom terug naar Ermelo. Tussen u beiden is er niet gesproken over wat er gebeurd is. U zei: “Ik heb het wel gevraagd, maar hij gaf geen antwoord.” Bij de rechter-commissaris zei u: “Ik niet weet wat er gebeurd is.” Waarom keek u daar zo tegen aan? Waarom werkte u daaraan mee? Als u denkt dat hij de dader is.

Janet: Dat had niks uitgemaakt. Ik zit, hij is vrij. Ik heb een strafblad. Hij wilde het niet, ik had iets van: 1 en 1 is 2.

Rechter: U zegt: het had niet uitgemaakt. “Ik kom hier thuis, ik ben een paar uur weg, ik tref een dode aan in huis, ik weet wie het gedaan heeft, ik was het niet.” Kunt u iets bedenken wat wel verschil had uitgemaakt?

Janet: Natuurlijk had het beter geweest, maar op dat moment, met de hectiek en paniek en de ruzie met Youri, is dit het geworden. Ik heb zo vaak tegen de politie gezegd: ik wil verklaren, maar niet op deze manier. Toen het dossier enigszins binnen was, is Youri gaan verklaren samen met Joyce.

Rechter: Als u de politie had gebeld, bijvoorbeeld vóór het sporenonderzoek, dat had wel verschil uitgemaakt. Daar is nu tijd overheen gegaan. Er is kleding gewassen, er is veel weg. Het letsel van Ton Kuijf. Bloed dat ook op zaterdag nog vochtig was, of dat dader of daders misschien wel helemaal onder het bloed hebben gezeten. Dat soort informatie. Als u een man dood aantreft, waarvan u zegt dat u er geen schuld aan heeft. Dan is dit een verschil dat ik wel kan bedenken.

Janet: Dat klopt.

Rechter: Waarom was het voor u allebei beter dat u niks zou zeggen?

Janet: Wie zou mij geloven? De politie? Dat heb ik al vaker meegemaakt! Ik kan niet zeggen dat dit de juiste optie was. Wie zou mij geloven?

 

(gelach in de zaal. De rechter zegt: “Wilt u dat niet doen?”)

Janet: Ik heb niet juist gehandeld, achteraf: ik had moeten bellen. Wat had ik moeten zeggen: “Hoi, met Janet?” Met mijn strafblad?

Rechter: De politie heeft wel wat gezegd over de timing waarop u bent gaan verklaren. In wiens voordeel het was. U wist al langer dat Youri aan verklaren was.

Janet: Ik zat in het Pieter Baan Centrum. De dag erna heb ik het te horen gekregen, toen heb ik contact opgenomen.

Rechter: De politie vroeg: “Waarom zou jij je mond houden als je niet weet wat er gebeurd is?” U zegt: “Mij geloven ze toch niet, ik ben toch meteen de sjaak?” U zegt zeil te hebben gehaald, Youri heeft hem verplaatst, geprobeerd hem op te tillen. U wilde beiden nadenken, u bent in de Volvo naar de woning van Youri gegaan. U wilde naar Natasja, die was niet thuis. Youri heeft verklaard dat hij wel naar binnen is geweest, dat hij overstuur terug naar buiten was gekomen.

Janet: Dat klopt niet.

Rechter: Natasja was niet thuis?

Janet: Ik heb haar niet gesproken.

Rechter: Had u aangebeld?

Janet: Ik weet niet hoe of wat, ik heb haar niet gesproken.

Rechter: Natasja heeft schoolgaande kinderen. Het was een doordeweekse nacht.

Janet: Dat was in de ochtend. Excuus.

Rechter: U zegt: “Youri is de dader.” Waarom zijn er dan geen hulpcontacten uit zijn kring benaderd, voor het wegwerken van de sporen. Alleen mensen uit uw omgeving.

Janet: Hij had niemand

Rechter: Heeft u dat besproken? Als u niet schuldige bent, waarom zou u Joyce, die u ‘sister’ noemt, en uw broer, uit uw eigen omgeving, bij zo’n zaak betrekken?

Janet: Omdat het bij mij in de bungalow was. Joyce is niet vies van geld verdienen.

Rechter: Er is een tapgesprek tussen u en Natasje, vanuit de p.i.; u heeft gezegd: “Ik weet wie het gedaan heeft. Dat is Joyce.” U zegt: dat is uit de context gehaald, dit gaat over wie de informatie voor dat artikel in het tijdschrift heeft geleverd. U zegt: “Ik heb met Youri afgesproken dat ik ruzie had met iemand. Ik heb Joyce gebeld omdat ze voor geld veel dingen doet.” Hoeveel zou ze krijgen?

Janet: Daarvoor moet je bij Youri zijn.

Rechter: Was vanaf begin duidelijk dat Joyce ervoor betaald zou worden?

Janet: Joyce is een bekende van mij en ik weet dat ze dingen voor geld doet.

Rechter 3: wanneer is dit besproken?

Janet: Ik zat in de auto. De vrijdag staat mij niet helemaal precies bij. We hebben het erover gehad.

Rechter 3: Wat werd haar gevraagd?

Janet: Of ze wilde meehelpen met schoonmaken.

Rechter: Joyce wilde wel helpen, zolang ze niets hoefde zien. U bent met zijn drieën naar Danny gegaan, die wilde er niks mee te maken hebben. Er is gelogen dat Ton Kuijf met Joyce en twee mannen seks wilde hebben. Over DNA op het wapen zegt ze dat ze dat misschien een keer heeft beetgehad. Over de man met de initialen T.V. zegt u: “Dat was een contact van Joyce, zij had het idee voor een trio.” Die man heeft tussen 1000 en 1500 euro betaald. Joyce heeft verklaard dat dit drie personen is gedaan: bij T.V., bij de man uit Amersfoort en bij een vrouw met een autistische zoon. De seks met T.V. is opgenomen.

 

Rechter 3: Over de teksten van Joyce aan Ton Kuijf, de chantageberichten, zegt u dat zich daar nauwelijks mee heeft bemoeid. Maar u geeft haar wel in wat ze moet doorgeven.

Janet: Het ss aan haar wat ze ermee doet,

Rechter 3: U instrueert haar toch min of meer?

Janet: U mag alles voorlezen van mij.

Rechter 3: U had een relatie met Ton Kuijf, u had ook nee kunnen zeggen.

Janet: Ze vraagt het mij. En Ton is er niet op ingegaan.

Rechter 3: Bent u weleens betrokken geweest bij de afpersing van een klant via sexjobs?

Janet: Nee.

Rechter 3: En bij T.V.?

Janet: Ik beroep me op mijn zwijgrecht.

Rechter 3: We noemen zijn naam niet. Begin 2013 heeft hij gereageerd op een advertentie op sexjobs. Er was een afspraak voor 50 euro in Kampen, bij Joyce. Ze kon ook een trio verzorgen. Er was een afspraak gemaakt op een parkeerplaats in het Kemperbos, maar toen was het te koud, er was alleen wat gefriemeld. Naar aanleiding van de zaak in Ermelo had de man u herkend. Hij vertelde dat er een trio was gweest in Kampen, bij de eerste vrouw. Ze hadden met z’n drieën seks gehad in de woonkamer. Toen kwam er een sms’je: de vriend van de blonde vrouw (Janet), had hen gezien. Uiteindelijk heeft hij 750 euro betaald, in Nunspeet. Daarna had hij niet meer gereageerd. In januari/februari 2014 was er naar zijn huis gebeld.

(hier kon ik het even niet volgen. Er wordt een plaatsnaam genoemd: IJmuiden. Daar was ook nog een keer wat gebeurd.

Alles bij elkaar had hij 3000 euro betaald. De dag na de uitzending van Opsporing Verzocht had hij Janet herkend van de foto. Via Facebook waren er berichten naar de zoon van meneer gestuurd, van de auto van deze T.V., met het rechterportier open, en een vrouwenbeen naar buiten, met een tatoeage, duidelijk zichtbaar)

Rechter 3: Heeft u dat gezien in het dossier?

Janet: Nee, daar heb ik niet goed naar gekeken.

(het gaat verder over de chantageberichten. Er zou ook nog een Jessica bij betrokken zijn geweest)

Rechter 3: Weet u wie Jessica is?

Janet: Ja. Dat is een ouwe vriendin van mij. Vriendin is een groot woord.

Rechter 3: Volgens haar deden Janet en Joyce dingen samen. Joyce had seks gehad met de aangever (die T.V.) Wat vindt u ervan?

Janet: Heeft u mevrouw nagetrokken? Ik beroep me op mijn zwijgrecht. Dit is een stukje beeldvorming van de politie.

Rechter 3: “We hadden account met sexjobs. We deden het in de woonkamer, en we hebben een keer afgesproken in het bos. Hij bleef maar bellen. Hij heeft geld gegeven bij de parkeerplaats, toen kreeg ik de helft.” Dit komt van een telefoon die bij Joyce in beslag is genomen. Wat vindt u daarvan?

Janet: Wat ik daarvan vind? Het is heel gemakkelijk van Joyce en Jessica: dit heeft Janet gedaan. Het klopt dat het mijn stem is.

Rechter 3: Wat is er gemakkelijk?

Janet: Je wordt opgepakt in een bepaald onderzoek. Ik heb geholpen, ik heb hem niet afgeperst.

Rechter 3: U heeft gezegd: ik ben er wel in enige zin bij betrokken geweest, maar ik heb niet gezegd dat ze het moesten doen.

(Vervolgens gaat het over het tanken bij de benzinepomp in Nulde. Waarom daar? Janet moest volgens haar zeggen daarna Youri afzetten bij het bungalowpark. Waarom niet dichterbij getankt? Deze benzinepomp is 12,4 kilometer ver, het was logischer geweest dichterbij te tanken: er is zelfs op de route naar Nulde een hele serie benzinestations dichterbij. De clou is: Janet beweert dat ze Youri heeft teruggebracht naar Ermelo en daarna alleen is doorgereden naar Bergen op Zoom. In de tussentijd pleegt Youri de moord. Volgens Youri zijn ze na wat er in het chalet was gebeurd sámen naar Bergen op Zoom gereden. De politie heeft een zeer gedetailleerde tijdlijn gemaakt, aan de hand van de afstanden en het aanstralen van de telefoons. Als het verhaal van Janet klopt, moeten ze met een gemiddelde snelheid van 233 kilometer per uur hebben gereden. Het verhaal van Youri klopt precies met de logische afstanden en snelheden)

De rechter gaat tenslotte in op de persoonlijke omstandigheden van Janet. Daar komt niet veel uit: ze heeft nergens aan meegewerkt. Er zijn wel wat mensen uit haar omgeving bevraagd en er zijn observaties, van het verblijf in het pieter Baan Centrum.

Rechter: Als ik u zou vragen een beschrijving van uzelf te geven, wat zou het antwoord zijn?

Janet: Hoe ik mijzelf zie? Moeilijke vraag. Zorgzaam? Sorry, dat vind ik echt een moeilijke vraag.

Rechter: Mensen die u kennen zeggen: zorgzaam, lief, onzeker, druk. Leuk, lief en druk. “De laatste tijd, vanaf eind 2013, is ze in een steile lijn naar beneden gegleden, ze kwam afspraken niet meer na.” Herkent u dat een beetje, dat het minder goed ging? Met uw werk ging het minder goed, u was vaker ziek.

Janet: Dat was niet persoonlijk, het was werk-gerelateerd. Het raakte mij absoluut, maar het kwam in eerste instantie bij mijn werk weg.

Rechter: De partner van u broer zegt: “Lief en grappig, maar ook iemand die beloftes niet nakwam.” Op uw werk: actief, betrokken en flexibel, vanaf november 2013 minder met functioneren. Een vriendin: “Een vrouw met twee gezichten. Op de bank liggen thuis en daarna het foute pad op gaan.” De psychiater noemt: gedeeltelijk oriëntatie- en geheugenverlies, theatraal, een psychogene oorzaak, simulatie. De psycholoog: geen ernstige defecten, sociaal vaardig, drukke zelfverzekerde enthousiaste vrouw. Plaatst zich in het middelpunt, heeft overal wel een mening over. Ook over mensen, die steekt u niet onder stoelen of banken. Als u praat, gaat het veel over uzelf, u heeft weinig interesse voor anderen. De sfeer op de afdeling werd steeds meer door u bepaald. In uw jongere jeugd, waren er gedragsproblemen, vanaf uw zestiende drugsproblematiek.

Janet: Mag ik hier gelijk op reageren? Hierom wilde de familie niet meewerken. Het PBC heeft de woorden van mijn ouders dusdanig verdraaid dat ze hun vertrouwen totaal zijn verloren. Dit hebben ze niet zelf gezegd.

Rechter: Er is geen ziekelijke stoornis, geen depressie, mogelijk een gebrekkige ontwikkeling van cluster-B-problematiek, vanuit opportunistisch gewin. Er is geen adhd geconstateerd, maar u heeft daar wel medicijnen voor geslikt. Toen u stopte ging het minder goed.

(Met cluster-b-problematiek worden tegenwoordig antisociale, borderline, theatrale en narcistische persoonlijkheidsstoornissen aangeduid. Kenmerken van deze personen: hun dramatische, emotionele en impulsieve karakter. Snelle behoeftebevrediging en moeite met het onderhouden van relaties).

Janet: Ik ben tijdje gestopt, ben ik drukker geworden? Ik ben meer gaan werken. De één vindt het druk als je meer praat, ik ben anders: als ik drie keer op en neer rijd voor iets onzinnigs.

Rechter: Het prevaleren van eigen behoeftes, sensation-seeking. Den Boer, psychiater: op afdeling bent u aanwezig en sfeerbepalend. Wat vindt u daarvan?

Janet: Wat sommige mensen zeggen, daar ben ik het niet helemaal mee eens, over het algemeen wel. Het PBC zit niet op één lijn. Druk, lief en zorgzaam, twee gezichten: alle exen zeggen dat. Na een relatie heb je weleens een woordenwisseling. Ben ik ooit agressief geweest? In mijn werk had ik dagelijks met agressieve mensen te maken. Wat sommige exen zeggen, daar ben ik het absoluut niet mee eens.

Rechter: Had u schulden?

Janet: Nee.

Rechter: Drugsgebruik?

Janet: Een keer een blowtje gerookt, en ja, een keer wat anders? Rechter: Cocaïne?

Janet: Wat ik u zeg: ooit gedaan, niet met regelmaat.

Het proces gaat verder met het horen van getuigen en het spreekrecht van de nabestaanden. Daarna volgens het requisitoir en het pleidooi. Volgende week staan de andere verdachten terecht. Een kort sfeerverslag van de eerste zittingsdag staat hier

 

SEKS MET JANET: DE BIJL NAAST BED

janet-sms-4web

Als de eerste berichten over de betrokkenheid van Janet bij de chaletmoord bekend worden, kom ik in contact met ‘John’. Hij heeft net als Ton Kuijf via sexjobs.nl contact gelegd met Janet (op internet noemt ze zich Lotte).  

‘Een beetje bleu. Meisje-meisje. Een beetje verlegen. Heel lief.’ John, een dertigjarige ondernemer uit Utrecht, is nog helemaal in de ban van Janet. Hij zou haar het liefst meteen in de gevangenis opzoeken. In februari leerde hij haar kennen via de website sexjobs.nl, waar ze adverteerde. ‘Ik zoek altijd in de regio Utrecht. Haar advertentie viel me meteen op. Het was iets met ‘wel de lusten, maar niet de lasten’ en ‘financiële ondersteuning.’ Ik heb haar gemaild en kreeg al heel snel haar telefoonnummer. Dat doen er niet veel.’

Hij herinnert zich de eerste afspraak nog als de dag van gisteren. Hoe ze opendeed, hoe ze in de deuropening van haar chalet stond, hoe ze keek. Ze was lief en mooi. Groot, sterk, dat ook. ‘Het was heel gezellig ingericht. Vrouwelijk.’ Ze dronken wat fris, praatten wat, douchten en hadden seks.

Als John later hoort dat Janet lesbisch is en al vanaf haar achttiende met een vriendin samenwoonde, en daarna ook alleen maar met vriendinnen, is hij stomverbaasd. ‘Dat kan ik me haast niet voorstellen. Ik had het idee dat ze er zelf ook van genoot. Als man merk je dat wel. Ze gaf mij complimenten. En bij een volgende date hebben we het zelfs twee keer op één avond gedaan. Ze moest naar een verjaardag, daarom moest ze weg. Later belden we en toen vroeg ik: of wil je nog een keer? Ze zei: ‘Ja, graag, maar ik durfde het zelf niet te vragen.’ John had het idee dat Janet nog actief was met karate. ‘Ze vertelde dat ze drie gebroken teentjes had. Ze zag er sterk uit. Lange benen. Brede rug, sportfiguur, goed getraind. Een prachtig gebit. Mooie grote borsten. Ik zei nog: ‘Zo! Hoe kom je aan die dingen?’ Ze zei: ‘Van God gehad.’

Een van de vriendinnen met wie Janet een lesbische relatie had, kan zich juist niet zo goed voorstellen dat Janet het prettig vond met een man. ‘Ik weet dat ze weleens wat met een man deed. Er waren veel mannen verliefd op haar. Die hield ze een beetje aan het lijntje. Stiekem hoopten ze toch op een relatie, of seks, met haar. Daar maakte ze wel misbruik van. Ze had altijd geld nodig.’

Dat Janet tegen betaling aan het seksdaten was, is voor iedereen nieuw. John: ‘Ik had ook het idee dat ze dit voor het eerst, of bijna voor het eerst, deed. Ik hoefde ook niet vooruit betalen. Na afloop vroeg ik hoeveel ze wilde. Driehonderd euro. Zoveel had ik niet bij me. Ik ben naar mijn auto gegaan om honderd euro op te halen. Toen had ik ook zo weg kunnen rijden. En die andere tweehonderd heb ik per bank overgemaakt. Zodoende kwam ik achter haar echte naam.’

In februari en maart ontmoeten John en Janet elkaar een keer of vijf. ‘Vaak zaten we gezellig te praten. Het was meer een soort vriendin. Zat ze in haar gewone kloffie op de bank, was ze moe. Ze zei dat ze in Den Dolder werkte, met moeilijk opvoedbare kinderen, of zo. Ik weet niet of dat waar was.’ Een paar dingen vielen John op. ‘Toen ik haar eerst ontmoette had ze een kleine grijze auto, een nieuwe. Even later reed ze in een lichtblauwe Renault Twingo. Er stonden heel veel potten met voedingssupplementen. Ze zei dat die van haar ex waren, een Antilliaanse bodybuilder. Toen de relatie met hem verbroken was, hadden ze hun huis moeten verkopen en zat zij met een schuld van tien- tot twaalfduizend euro. Dat getal noemde ze vaker. Achteraf wel apart, als je hoort dat ze van die Algerijn elfduizend euro hadden gestolen.’ Ook apart: een hakbijltje naast haar bed. ‘De eerste keer had ik dat niet gezien, de tweede keer wel. Ze zei: ‘Ja, een vrouw alleen moet zich kunnen verdedigen.’ Later hebben we er per sms nog grapjes over gemaakt. Maar als je nu leest dat de politie zegt dat die man uit Amersfoort door geweld om het leven is gekomen, vraag ik me af waar ze dat dan mee heeft gedaan.’

De dates spelen zich af rond carnavalstijd. ‘Ik vroeg of ze geen zin had mee te gaan naar het carnaval. Met iemand als haar wil je wel gezien worden. Ze zei dat ze dat nog nooit had gedaan, maar dat het haar wel leuk leek. Maar het is er niet van gekomen.’ Hij nodigde haar ook uit voor een etentje. ‘Ik zei: trek wat leuks aan, gaan we naar een goed restaurant.’ Ze reageerde enthousiast, ik zou haar ophalen, maar toen belde ze toch af. Ze vond het zonde van het geld, het was allemaal al duur genoeg. Toen hebben we pizza’s laten komen.’ Hebben ze in bed opgegeten, kijkend naar de tv in de slaapkamer. De grote tv in de woonkamer was weg. ‘Die had ik eerder wel gezien, die was helemaal beschadigd. Achteraf vraag ik me af wat daarmee is gebeurd. En ze kan dat ding nooit in d’r eentje hebben weggebracht.’

Waar hij achteraf ook ‘kippenvel van kreeg: ik dronk meestal sinas. Was altijd uit een fles die al een tijdje open was, met weinig prik. Pakte ik meestal zelf uit de koelkast. Maar de laatste keer wilde ze niet dat ik zelf de koelkast opendeed. Dat wilde ze niet: er lag een bedorven kip in. Maar daar rook je niks van. Ik ben benieuwd wat het was.’ Daar hebben Janet’s vriendinnen wel een vermoeden van: drugs. Al is de vraag of je dat normaal gesproken in de koelkast bewaart. Die kapotte televisie: dat weten de vriendinnen ook. Vrienden van Janet waren wat te wild met wii in de weer geweest.

Tot groot verdriet van John stoppen de dates met Janet. ‘We hadden ruzie. Ik had haar honderd euro geleend, die zou ze terugbetalen. Dat deed ze niet. Het ging mij niet om die honderd euro, maar om het principe: als je iets belooft, moet je het doen. We hadden het ook met een date kunnen doen, maar dat kwam er ook niet van. Ze zei dat ze avonddienst had. Ze wist dat mij dat slecht uitkwam: ik moet er ’s morgens altijd heel vroeg uit.’

Er werd nog een afspraak gepland. Op donderdagavond 6 maart. Precies een week voordat de man uit Amersfoort hier zijn opwachting zou maken. ‘We spraken meestal af bij de benzinepomp in Ermelo, een paar honderd meter van het bungalowpark. Ik reed erheen, dan kwam zij en dan reed ik achter haar aan. Nu kwam ze niet. Ik heb haar de hele avond gebeld en gesms’t, ik ben natuurlijk ook langs de chalet gereden, maar daar was ze ook niet. Het zag er onbewoond uit, alsof ze er al een tijdje niet meer was geweest. Pas veel later kreeg ik haar telefonisch te pakken en toen reageerde ze met een smoes,. Dat ze wel bereikbaar was geweest.’

Daarna is haar nummer afgesloten. Ook vriendinnen en familieleden kunnen haar niet meer bereiken: ze heeft een nieuw nummer. In die week moet ze contact hebben gelegd met Ton Kuijf, maar details daarover zijn niet bekendgemaakt. Zowel John als vrienden en vriendinnen verbazen zich erover dat de politie met 25 man de zaak aan het onderzoeken is, maar dat geen van hen wordt gehoord.

John heeft niet het idee dat hij ook dodelijk slachtoffer had kunnen worden, dat hij ontsnapt is aan een moordaanslag

.‘Ik denk dat ze wel in de gaten had dat er bij mij niet echt veel te halen was, dat ze daarom het contact heeft verbroken.’ Wellicht omdat er een vettere vis aan de haak spartelde: de man uit Amersfoort. John: ‘Ik zag hier als prostituee. Zij zichzelf ook niet. Toen we ruzie over geld hadden zei ik dat ik dat ‘een hoerenstreek’ vond. Toen werd ze heel kwaad. ‘Niemand zegt tegen mij dat ik een hoerenstreek lever!’ Of hij en Ton Struijk de enige waren die van haar diensten gebruik maakten? John: ‘Op Valentijnsdag stond er een enorme bos hele dure rozen op tafel. Ik vraag me af van wie ze die had gekregen.’

Femme fatale, een vrouw met twee gezichten. Lief, sociaal, gul, altijd vrolijk, hard werkend. Aan de andere kant: chronisch geldgebrek, drugsgebruik, ontrouw, liegen, oplichten. Als bekend wordt dat het Janet is die is aangehouden voor de dood van Ton Kuijf, meldt de ene na de andere vriendin zich met verhalen. Over het oplichten van verzekeringsmaatschappijen door inbraken te ensceneren, over het opzadelen van vriendinnen met schulden. Verhalen over drugssmokkel waarbij een dode zou zijn gevallen.

Het zijn verhalen die Janet zelf aan hen heeft verteld, maar waarvan veel details aantoonbaar niet kloppen. Zo blijkt de jongen die volgens Janet bij een drugsconflict om het leven is gekomen en die in Marokko begraven zou zijn, springlevend en niets met drugs te maken te hebben. Degene aan wie Janet het vertelde kan het haast niet geloven. ‘Ze liet mij de foto’s zien, ze zat er bijna bij te huilen.’ Anderen kunnen zich geen huilende Janet voorstellen: ‘Dat is niks voor haar.’ Er wordt gerept van relaties met politieagentes. Dat klopt gedeeltelijk: met één agente woonde ze enige tijd in Nieuwegein. Een andere vriendin met wie ze lang samenwoonde is de dochter van een politievrouw.

John dacht dat de ex die in Ermelo woonde een bodybuilder was. In werkelijkheid was dat een vrouw. Een sportvrouw die aan triathlon doet. Het klopt waarschijnlijk wel dat er schuld is. ‘Als Janet verliefd is, overlaadt ze je met cadeaus. Uit eten gaan, sieraden, dan betaalt ze alles. Als het langer duurt, zijn er altijd geldproblemen. Ze wil meteen bij die nieuwe liefde in de buurt wonen. Dan wil ze meteen een huis huren. Op zo’n korte termijn is dat altijd duur. Ze heeft altijd en overal huurschuld.’

Er is iemand die meent dat ze in casino’s kwam, maar iemand die haar echt goed kent gelooft dat niet. ‘Ik heb haar nooit zien gokken. Ze is het meeste geld kwijt aan brandstof voor de auto. Ze kan heel slecht alleen zijn. Ze heeft vriendinnen in Eindhoven, Rotterdam, Den Haag, Kampen, Amersfoort. Ze rijdt overal naar toe, ze is bijna nooit thuis. En altijd uit eten.’ Dat ze een normale baan heeft, in Den Dolder, klopt: ze zou zich best gewoon kunnen bedruipen. ‘Haar ouders hadden een nieuwe auto voor haar gekocht. Die heeft ze kort daarna ingeruild voor een oudere. Zal ook met geld te maken hebben.’ Een ander verhaal dat steeds terugkeert: handel in valse merkkleding. Samen met een mannelijke collega van haar werk in Den Dolder. Ook iemand die – volgens vriendinnen – stiekem verliefd op haar is. Hij is de enige niet. Met anderen ging ze op vakantie naar Egypte, tot jaloezie van vriendinnen, maar de droom van seks en een vaste relatie met Janet kwam nooit uit. Seks: heel misschien. Een vaste relatie: zeker niet met een man. ‘Ze wilde het liefst een normaal leven, met een gezinnetje, maar daar heeft ze de rust niet voor. Ik vind het wel knap dat ze na die veroordelingen alles zo goed had opgepakt. Een goede baan, hard werken. Ze is niet iemand die bij de pakken neer gaat zitten.’

 

JANET EN DE MOORD OP DE ALGERIJN

janet-15-2-2006a

Tijdens het proces in Zutphen vraagt de rechter zich af waarom Janet niet de politie heeft gebeld toen ze ontdekte dat Youri B. de moord had gepleegd. Als ze er zelf niks mee te maken had, waarom regelde zij dan alles?

Janet: “Wie zou mij geloven? De politie? Dat heb ik al vaker meegemaakt! Wat had ik moeten zeggen: “Hoi, met Janet?” Met mijn strafblad?” In 2003 pleegde ze, als achttienjarige, samen met haar negentienjarige vriendin, een moord in Den Haag. Janet was toen net met een vriendin in Den Haag gaan samenwonen, als lesbisch stel. In december ontmoetten ze samen de kleine, illegale – maar wel rijke – Algerijn Dani. Ze gingen met hem mee naar zijn woning, waar volop gesnoven en gedronken werd. Volgens de dames zou Dani ‘toenadering’ hebben gezocht tot Janet, waarop deze hem met een fles op het hoofd had geslagen. En met een mes gestoken. Daarna knoopten ze zijn benen vast met schoenveters, namen zijn portemonnee met 11.000 euro en zijn mobiel mee en verlieten in alle rust het pand. Tijdens het proces snikten de dames dat ze bang waren dat ze verkracht zouden worden, maar de rechter geloofde daar niet veel van. Janet was karatekampioene, haar vriendin freefighster. Beiden werden omschreven als ‘boomlang’. Ze waren met hun ruim 1.80 meter in elk geval groter en forser dan de tengere Algerijn. Janet had toen al een strafblad: in 2006 was ze al veroordeeld wegens diefstal. Voor de moord op de Algerijn kwamen de dames nagenoeg met de schrik vrij.

 

 


Viewing all articles
Browse latest Browse all 166