Quantcast
Channel: Reportage – Misdaadjournalist
Viewing all articles
Browse latest Browse all 166

Bloedbroeders: de Baarnse moordzaak

$
0
0

In mei 2017 wordt verzekeringsbedrijf Conservatrix uit Baarn voor één euro overgenomen door een Amerikaanse investeerder. In 2007 stonden de eigenaars, de broers Boudewijn en Ewout Henny, nog in de Quote met een geschat vermogen van 147 miljoen euro. De teloorgang van het familiebedrijf zou minder stof hebben doen opwaaien als de eigenaars niet op een andere manier geschiedenis hadden geschreven. Misdaadgeschiedenis. Het hoofdkantoor van het bedrijf, villa Canton in Baarn, was in 1960 het decor voor een moord waarbij vooral het motief tot de verbeelding spreekt. De daders: de rijkeluiszoontjes Boudewijn en Ewout Henny en timmermanszoon Henny Werkhoven.

“Leuker leven dan je van plan was,” was de slogan van uitvaartverzorger Nuvema, een bedrijf van de dan nog als schatrijk gekwalificeerde broers Boudewijn en Ewout Henny uit Baarn. Het moederbedrijf heet Conservatrix, een verzekeringsmaatschappij. Nuvema is de uitvaartpoot. Welk leuk leven de in 1960 veertienjarige Theo Mastwijk voor ogen had, zullen we nooit weten, zijn sterven was in elk geval verre van aangenaam. Als Theo op 20 juni 1960 met een gestolen brommer wordt aangehouden, zet de politie hem zo onder druk dat hij bang wordt. Hij heeft het gestolen goed betrokken van timmermanszoon Henny Werkhoven. (15); die heeft een goed stel hersens en zit op het Baarns Lyceum, van oudsher het domicilie van de betere stand.

Henny is op deze school goed bevriend geraakt met de rijkeluiszoontjes Boudewijn(17) en Ewout(16) Henny. Met z’n drieën plegen ze in de zomer van 1960 een hele serie inbraken in Baarn en omgeving. Doordat de politie Theo dreigt met tuchthuis, klopt hij bij de dieven aan: die moeten hem helpen. Ze laten hem onderduiken in de torenkamer van de 42 kamers tellende villa van de familie Henny, die daar met z’n achten wonen. In het immense huis valt de onderduiker niet op. De broers brengen hem brood en luchten hem ’s avonds op het dak. Hij doet geen enkele poging te ontsnappen. Er is een vaag plan hem naar het buitenland te brengen, maar ze zijn bang dat hij hen zal verraden. Begin juli doet de vader van Theo aangifte van vermissing van zijn zoon. Henny Werkhoven, hierover ondervraagd door de politie, beweert dat Theo naar België is gevlucht: uit angst voor het opvoedingsgesticht.

De familie Henny is voornemens de zomervakantie in het Zwitserse Neuchâtel door te brengen. Tijdens hun afwezigheid zal het hele huis worden geschilderd. De kans is groot dat onderduiker Theo dan wordt ontdekt. Op 31 juli wordt er ‘krijgsraad’ gehouden en besloten dat Theo moet verdwijnen. Het lijk zal worden gedumpt in een ongebruikte put in de tuin. Broer Ewout komt met het idee van ongebluste kalk: hij meent dat een lijk daarin snel oplost. Wat niet waar is: het werd in die tijd als ontsmettingsmiddel gebruikt bij het begraven van kadavers.

In de nacht van maandag 1 op dinsdag 2 augustus, kort na middernacht, doen ze eerst een poging Theo te vergiftigen met tabletjes in bier. Dat mislukt. Dan lokken ze hem naar een schuurtje, waar ze hem proberen te wurgen. Ook dat lukt niet. Vervolgens slaat Boudewijn of Henny Theo de schedel in met een hakbijl (beiden beweren dat de ander dat heeft gedaan). Ewout zou ‘op de uitkijk’ hebben gestaan. In het holst van de nacht dumpen ze Theo in de put, gooien de kalk eroverheen en een paar emmers water, wat zand en sluiten de put af.

Boudewijn Henny tijdens het proces

Van de drie moordenaars zit Ewout er het meest mee in zijn maag. Terwijl broer Boudewijn in Leiden gaat studeren, blijft hij thuis wonen. In het najaar van 1961 wil de familie een kraan aanleggen in het schuurtje; voor de afvoer moet de put worden gebruikt. Die zit echter verstopt, en dat weet Ewout. Hij staat erbij als de metselaar de put openmaakt en de botten aantreft. Het lijkt met een sisser af te lopen: de befaamde patholoog-anatoom dr. J. Zeldenrust constateert dat de botten van een vrouw zijn en dat ze in de oorlog is omgekomen, maar twee rechercheurs van de Baarnse politie vinden het vreemd dat er bij de resten van het skelet enkele stukjes textiel zijn gevonden die volgens hen nooit uit de oorlog kunnen dateren. Toen waren er nog geen spijkerbroeken. En een deel van een blouse heeft een motief dat een van de rechercheurs zelfs bekend voorkomt. “Is Theo Mastwijk eigenlijk al terug?” flitst door zijn hoofd.

Hij pakt het dossier van de in juli 1960 als vermist opgegeven scholier erbij en constateert dat het in de put gevonden stukje textiel overeenkomt met de blouse van Theo, op een foto die bij het opsporingsbericht was verspreid. In november worden de drie moordenaars gearresteerd. Ewout en Henny bekennen, Boudewijn geeft niet toe. Heel Nederland staat een dag later op z’n kop: Boudewijn heeft na het verhoor, dat tot diep in de nacht doorging, kans gezien te ontsnappen uit het politiebureau in Baarn. ‘Klassenjustitie!’ schrijven de kranten. In feite was het ook nauwelijks ontsnappen: Boudewijn was gewoon de deur uit gewandeld, maar dat verhaal kon de politie moeilijk vertellen.

Het Gooi leeft in doodsangst voor de ontsnapte moordenaar, naar wie dag en nacht honderden agenten op zoek zijn en de verantwoordelijke justitiemensen krijgen het zwaar te verduren. Het is dan ook haast een anticlimax als Boudewijn in het ouderlijk huis wordt aangetroffen, waar hij beschutting heeft gezocht tegen de kou en de regen. Hij geeft zich vrijwillig aan. De officier van justitie, mr. W.H. Overbeek, komt hem persoonlijk ophalen, zonder de politie daarin te kennen. Hij neemt Boudewijn in de villa een verhoor af, waarbij de conclusie is dat Henny Werkhoven de moord heeft gepleegd, dat Boudewijn er wel bij aanwezig was, maar niets had gedaan.

Ewout Henny tijdens het proces

Tijdens het proces, in maart 1961 bij de rechtbank in Utrecht, blijft onduidelijk wat de drie jongens precies heeft bewogen. Psychiater dr. J. Kloek zegt over Henny Werkhoven.: “Hij maakt de indruk normaal te zijn maar hij leeft in slechts schijnbaar contact met de rest van de wereld.”

Volgens hem heerste er een soort dwangpsychose in het groepje: “Als er maar één oudere was geweest, die een verstandig woord zou hebben gezegd zou er niets zijn gebeurd, maar ze durfden voor elkaar hun ‘zwakheid’ niet toe te geven. En zo ontstond het gevoel, dat het móest gebeuren, dat tenslotte alle overwegingen overheerste.”

Tijdens het verhoor door de rechter toont Henny Werkhoven zich onbewogen. Hij vertelt dat Theo had gedreigd de politie te vertellen dat hij en de broers hadden ingebroken. Tijdens de krijgsraad op zondagmorgen was wel even ter sprake gekomen Theo los te laten en het risico van een paar weken gevangenisstraf te riskeren, maar de broers vreesden de schande. Het vergiftigen – fijngestampte slaappillen en aspirine in een flesje bier – mislukte.

Henny adviseerde Ewout wurging met een plastic draad. Ze kwamen overeen dat Henny dat moest uitvoeren, maar op het moment suprême kon hij het niet aan: de waslijn schoot uit zijn hand. Daarop sloeg Boudewijn – volgens Henny – Theo met een hakbijl op het hoofd. Psychiater Kloek schetst Henny als een scherpzinnige jongen met een uiterst praktische intelligentie, maar wel erg beïnvloedbaar. Er was een soort wisselwerking ontstaan, waarin de een niet voor de ander heeft willen onderdoen. Het groepje had geen uitgesproken leider: “Het voornemen iets te doen, dat buiten alle proporties viel, had macht over hen gekregen.”

Henny Werkhoven tijdens het proces

Henny legt zijn verklaringen af alsof hij er zelf geen deel aan had genomen: geen spoor van emotie of van berouw. Boudewijn mag tijdens het verhoor bij de rechtbank gaan zitten: “Staande kan hij niet denken.” Boudewijn zit ineengedoken in zijn stoel, de ogen halfgesloten, en praat zo zacht dat de rechters moeite hebben hem te verstaan. Hij komt weifelend over. Bijvoorbeeld over diefstal uit hotel Trier in Soestdijk, van een schrijfmachine, een stolp-pendule en wat glaswerk, een half jaar na de moord op Theo Mastwijk.

Zijn verklaring: de moord had zo’n indruk op hem gemaakt dat hij het gevoel kreeg er zelf niet bij aanwezig te zijn geweest. Alsof hij het ooit ergens gelezen had. Dit gevoel wilde hij verifiëren. Hij wist wel dat het drama was voortgevloeid uit een diefstal, waarbij hijzelf betrokken was geweest en die hij in zijn herinnering als een concreet feit terugvond. Dit bracht hem op de gedachte opnieuw te gaan stelen en de afloop daarvan af te wachten. Er gebeurde niets: er kwam geen politie aan de deur, conclusie: de affaire-Mastwijk was er dus niet geweest. Deze verklaring wordt voorgelegd aan getuige-deskundige prof. dr. H.C. Rümke, maar die kan er weinig mee.

Onderduiker Theo was veertig dagen lang hoofdzakelijk door Boudewijn in het geheim verzorgd: hij kreeg brood en restjes van warme maaltijden. De bedoeling was geweest hem tien dagen te houden en hem dan naar het buitenland te brengen, maar dat was er dus niet van gekomen. Bovendien hadden Boudewijn en Henny Werkhoven ruzie gekregen.

Over de ‘krijgsraad’ lopen de meningen van de betrokkenen uiteen. Volgens Boudewijn was het Henny geweest die voorstelde Theo uit de weg te ruimen. Zijn eigen idee om hem te vergiftigen was alleen bedoeld om Henny schrik aan te jagen, zodat die wat op zou schieten met het plan Theo naar het buitenland te brengen. Henny zou ook hebben besloten dat als de wurging zou mislukken, Boudewijn het karwei met het kapmes af zou maken. Hij ontkent ook te hebben geholpen Theo’s lijk in de put te verbergen. De rechter ergert zich aan het gedraai: als het over zijn eigen rol gaat herinnert hij zich niets meer, “als het om de schuldvraag gaat weet je alles ineens precies. Vind je dat niet eigenaardig?”

De rechter laat hem de vervaarlijke hakbijl zien waarmee Theo op het hoofd is geslagen: weet hij zeker dat hij dit niet in de hand heeft gehad? Boudewijn: “Dat weet ik zeker omdat ik de slagen achter mij heb gehoord.”

Volgens broer Ewout had Boudewijn, tijdens de mislukte poging Theo te wurgen met de waslijn, een ijzeren staaf gegrepen en geroepen: “We slaan hem de hersens in.”

Boudewijn: “Er staat me niets van voor de geest.”

Dat Theo’s kleren nooit zijn gevonden, is ook vreemd. Boudewijn weet niet hoe dat kan. De politie heeft misschien ‘slordig gegraven’. Dr. Rümke ziet tussen de drie jongens weinig verschil in verminderde toerekeningsvatbaarheid: geen van hen is ‘pertinent misdadig.’

Ewout, die bij de politie vooral verklaringen heeft afgelegd in het nadeel van broer Boudewijn, schuift tijdens de zitting de schuld op Henny Werkhoven. Een andere verrassing is dat dr. J. Zeldenrust het waarschijnlijk acht dat het slachtoffer pas is overleden nadat het in de put was geduwd en met ongebluste kalk overdekt. Volgens Ewout waren de diefstallen vóór de moord ‘om het avontuur’, ná de moord mede om ‘al die narigheid af te reageren’. Het ging niet om gebrek aan geld.

Ewout was zelf de sleutel tot de ontdekking, door juist deze put aan te wijzen als afvoer voor een waterleiding. Bedoeld om de restanten juist beter weg te werken, of wilde hij onbewust dat het ontdekt werd? De psychiater is op dit punt ‘niet veel verder gekomen’.

Later op de dag zitten de drie verdachten voor het eerst naast elkaar. Boudewijn en Henny kijken elkaar geruime tijd strak en vijandig aan, dan schudt Boudewijn met een zenuwtrek het hoofd. Nadien wisselen de hoofdverdachten geen blik meer. Algemene indruk is dat Henny de meest geloofwaardige visie heeft gegeven. De eis: twaalf jaar en tbs voor Henny en Boudewijn, zeven jaar voor Ewout.

François Pauwels, verdediger van Henny Werkhoven, noemt in zijn pleidooi slachtoffer Theo “een klein monster” dat de drie verdachten sterk in zijn greep had. Hij ziet het als een chantagemoord. Pauwels: “Toen Theo uit de schuur kwam, de strop om de hals kreeg en ‘Wat nu?’ zei, is er een misdadige spanning over de jongens gekomen, waarin ze haast wel moesten doden.”

Op donderdag 11 april 1963 worden Boudewijn en Henny Werkhoven veroordeeld tot een gevangenisstraf van negen jaar, Ewout krijgt zes jaar. Ze gaan niet in beroep. Officier van justitie mr. W.H. Overbeek krijgt een berisping van de minister. Overbeek, geboren in 1913, overlijdt in 1994. De geur van ‘klassenjustitie’ is vooral op zijn conto te schrijven. Dat Overbeek de familie Henny goed kende, was bekend. Wat nog niet eerder naar buiten kwam: Boudewijn en Overbeek hadden elkaar vóór de moord al eens ontmoet in het kader van een dispuut.

De Baarnse moordzaak is nooit uit het collectieve geheugen verdwenen. Vriend van verdienste, een psychologische thriller van Thomas Rosenboom uit 1985, is gebaseerd op deze zaak. In 2007 stappen de twee broers en multimiljonairs, die nu met hun dubbele voornamen John Ewout (63) en Frans Boudewijn (64) worden aangeduid, naar de rechter om hun vermelding in de Quote 500 aan te pakken. Niet omdat ze met een geschat vermogen van 147 miljoen euro op nummer 178 staan, maar omdat erbij wordt vermeld dat deze topmannen van de Baarnse levensverzekeraar Conservatrix in juli 1960 hun vriendje Theo Mastwijk hebben vermoord, in en bij de villa Canton in Baarn, waar hun bedrijven gevestigd zijn. In levensverzekering en uitvaart.

Er wacht meer narigheid: in 2008 een film (Bloedbroeders) over hun verleden. Daar zijn ze ook niet blij mee, en in mei 2014 doet de Autoriteit Financiële Markten een inval bij Nuvema, de uitvaartpoot. In 2017 gaat het licht nog verder uit en wordt het bedrijf voor één euro verkocht aan een Amerikaanse investeerder.

CONSERVATRIX: NA BIJNA ANDERHALVE EEUW VERKOCHT VOOR ÉÉN EURO

In april 2017 probeerden de eigenaren van de Nederlandsche Algemeene Maatschappij van Levensverzekeringen Conservatrix de gedwongen verkoop van hun bedrijf vergeefs af te wenden, bij de rechtbank in Amsterdam  Het bedrijf van de familie Henny heeft volgens toezichthouder De Nederlandsche Bank onvoldoende financiële reserve waardoor het op termijn niet kan voldoen aan mogelijke claims en moet gedwongen worden verkocht. In een laatste poging het onheil af te wenden stelde de familie voor van alle verzekeringen die ze ooit hadden verkocht de polisvoorwaarden te wijzigen zodat ze minder verplichtingen zouden hebben, maar daar ging de rechter niet in mee. Het bedrijf komt voor één euro in handen van het Amerikaanse Eli Global, dat er 88 miljoen euro in steekt.

Conservatrix is opgericht in 1872 en was een middelgrote verzekeraar met zo’n 100.000 klanten en 400 miljoen euro aan beheerde inleg, maar drie jaar geleden stelde DNB vast dat de financiële positie ernstig onder de maat was en dat er moest worden ingegrepen. Er werd een curator aangesteld, een herstelplan werd verworpen en op 1 januari 2015 mocht het bedrijf geen verzekering meer verkopen of verlengen. Er volgde een serie rechtszaken.  Volgens John Molenaar, de advocaat van het bedrijf, is Conservatrix gezond en veel krachtiger dan de DNB stelt. In een reactie in de Volkskrant zei hij: “De familie voelt zich oneerlijk behandeld.” Volgens hem worden de potentiële risico’s op de lange termijn veel te zwaar ingeschat en gaat DNB uit van een onnodig negatief scenario.” Het aanvullen van kapitaal uit eigen zak was niet mogelijk, zoveel liquide middelen had de familie niet.

De reportage over de Baarnse moordzaak is een hoofdstuk uit het in 2015 verschenen boek Moordenaars in Nederland  

 


Viewing all articles
Browse latest Browse all 166